Deze week was hij groot nieuws. Hij wordt de `dutchbatter´ genoemd. En iedereen heeft het `P´ woord nu wel een paar keer gehoord: ptss. Wat het is, is denk ik niet veel duidelijker geworden aan de meeste mensen. Wel zullen sommigen denken dat je als soldaat ptss kan krijgen.
Dat er vele mensen, die geen soldaat zijn, ptss hebben, maakt
het onderwerp er niet eenvoudiger op. Want ook al heeft hij zijn `zaak´ nu
gewonnen, dan blijven er nog duizenden over die ptss oplopen en ook altijd op
zullen lopen, maar geen soldaat zijn.
En toch heeft hij een goede zaak verricht.
Het kostte hem
meer dan 13 jaar van zijn leven, zijn rust, zijn vrede. Hij voerde strijd en
mag nu rusten. Het is volbracht. Zo vlak voor Pasen klinkt dit heel bijzonder.
Het nodigt me uit om bij deze woorden stil te staan. Morgen trekt er door Den
Haag een stoet mensen die kennelijk behoefte heeft om getuige te zijn van de
`passie´ die geen mens ooit geëvenaard heeft. De passie van Pasen.
De gedacht die bij mij opkomt is, dat de passie waarmee een
strijd wordt gevoerd het belangrijkste er aan is. Passie die meer zegt dan alle
woorden die over de zaak zijn geschreven; dát is het belangrijkste aan
deze zaak. De passie waarmee iemand voort gaat. De passie die voortstuwt, en die
van geen ophouden weet. Die passie, die spreekt. Die spreekt boekdelen. Daar is
een heilig vuur voelbaar, waaraan de gewone, gemiddelde man niet kan tippen.
`Passie´ komt van het zelfde Griekse woord als `pathos´en
het betekent zowel `vuur´ als ook `lijden´.
Eigenlijk weet iedereen dit wel. Denk maar aan de smachtende
woorden in een liefdeslied. Liefde, het vuur van de liefde, veroorzaakt in
romantische zielen eveneens een lijden.
Maar ook oorlog is pathos, is vuur. In het heetst van de
strijd is pathos, hartstocht voelbaar en merkbaar. En vooral er na. Wanneer het
bewustzijn toeneemt. En het lijden voelbaar wordt.
Er is een pijn die gevoelig maakt. Een pijn die je overgevoelig maakt.
En terwijl ik met deze gedachte speel, zie ik het beeld voor
mijn ogen opdoemen van een zaal vol geleerden, theoretici, denkers, peinzenden misschien, maar vooral mensen die het vuur ver van zich vandaan houden. Die
over oorlog spreken, maar nooit te midden van de oorlog hebben gestaan. Zij
lijken niet te weten wat passie is, wat lijden is.
Daarom heeft hij een goede zaak verricht. Hij zat daar,
midden in de zaal, tegenover mensen waarmee zijn passie een schril contrast
vormde. Vrouwe Justitia is immers blind. Zou zij zich laten raken door het
vuur, dan zou ze haar blinddoek afwerpen en ten strijde trekken als een Jeanne
d´Arc. Zij zou partij worden.
En te midden van dit contrastrijke beeld was ZIJ aanwezig.
Haar onuitgesproken lijden werd voelbaar voor wie het kon voelen. Zichtbaar
voor wie ogen had om te zien. Psyche die zich daar precies midden in die
rechtszaal bevond. Vanavond stuurde zij een tweet bij monde van Mia Leijsen,
een Belgische psychotherapeut en hoogleraar uit Leuven:
`‘Ontwikkeling tot liefdevolle mensen’ Het is een
doelstelling die ik nog niet ben tegengekomen in hedendaagse behandelplannen.
Mia Leijssen´ .
Hoe
ik Psyche´s woorden begrijp zal ik hier nog toelichten. Haar verhaal doet er
immers toe. Het is het verhaal van de Veldheer en het danseresje. De sterke en
onverslaanbare, die gedreven wordt door de hartstocht van het danseresje. Zich
verzet tegen zijn kwetsbaarheid, maar uiteindelijk in de verzoening met haar
zijn oorspronkelijke kracht herovert.
Dit
is de therapie waar Mia Leijssen naar zoekt, lijkt me.
De
paradox van de passie: in het lijden ligt de verzoening. Wie de verzoening weet
te bevrijden uit het lijden, die is onoverwinnelijk. Die heeft de parel uit de
wond weten te veroveren. Ook al duurt dit soms jaren van een mensenleven. De opbrengst is echter fenomenaal, en niet uit te drukken in geld of materiële zaken. En toch moet een strijd soms op die manier worden gestreden, op de manier die doet denken aan de strijd van `dutchbatter´. Dank Dave!
1 opmerking:
Wat een mooi stuk, Janna. Erg mooi!
Een reactie posten